Op vakantie gaan? Niets voor mij!

Ik heb een hekel aan vakantie, hiermee bedoel ik dan wel voor een week of langer op pad gaan. Af en toe een extra dagje vrij of een weekendje naar Duitsland daar heb ik geen problemen mee. Maar om zogenaamd de wereld te verkennen en daarom mijn dieren te moeten verlaten, familie en vrienden moeten missen en vooral mijn eigen veilige voorspelbare plek moeten achterlaten. Nee, mij niet gezien. Maar toch, ergens hoor ik dan direct dat stemmetje in mijn hoofd: bekrompen lafaard, je moet de wereld zien en ontdekken! Ik onderzoek ook waar dit vandaan komt, is het omdat mijn ouders niet bepaald wereldreizigers zijn of wil ik zelf altijd de controle hebben over een situatie? Ik ben er nog niet over uit, maar ik heb wel een mogelijke reden gevonden.

Op pad met de camper

Ik denk wel dat het goed kan zijn als je soms even helemaal weggaat uit je vertrouwde omgeving om te resetten of tot rust te komen. Met dit idee heb ik me laten meeslepen in de plannen van mijn geliefde. Hij heeft een camper, wat volgens mij de beste manier is om te wennen aan ‘reizen’. Want eigenlijk is het een hotel op wielen: al je eigen spullen mee, overal kun je naar je (eigen schone) toilet, groente en fruit in de koelkast etc. Waar zeur ik dan over, zou je denken. Toch moet ik ook daar enorm aan wennen, want waar gaan we dan heen, komt het wel goed, hoe is het op de plek van bestemming?

Ik las hier een leuk stukje over, dat ging over de werking van onze hersenen. Ons brein is van nature erg lui. Het is continu bezig met zoveel mogelijk energie te besparen door alles wat je doet meteen te automatiseren. Daarom vinden we een vaste routine ook zo fijn en kiezen we het liefst voor de makkelijkste weg. Iets nieuws doen of een nieuwe gewoonte aanleren, vind je brein veel te ingewikkeld en het zal er daarom ook alles aan doen om dit tegen te werken.

Ons brein bestaat uit drie delen: het reptielenbrein, het limbisch systeem (oftewel zoogdierenbrein) en de neocortex. Het reptielenbrein is het oudste deel en reageert uit routine en instinct. Hier komt bijvoorbeeld de fight-flight-or-freeze reactie vandaan. Het zoogdierenbrein, wat ook wel het emotionele brein wordt genoemd, is de hele dag bezig om pijn en moeite te vermijden en zoveel mogelijk plezier en geluk te ervaren. Het nieuwste gedeelte, de neocortex, gebruiken we voor het maken van beslissingen, het oplossen van problemen, logisch nadenken en doelen stellen. Alleen helaas werken deze delen elkaar vaak tegen. Het reptielenbrein wint vaak van de andere delen: zo’n 95% van ons gedrag wordt bepaald door ons reptielenbrein.

Mijn reptielenbrein raakte in paniek

De eerste vakantiedag kwam dat al tot een clash. We kwamen aan in een grote stad en zouden op een standplaats staan. Je raadt het al de standplaats was vol. Daar stonden we dan, na 8 uur rijden, honger (sowieso ben ik van de hangry club), in het pikkedonker en in een onbekende omgeving. Hierdoor moesten we de nacht op een grote parkeerplaats doorbrengen, wat eigenlijk niet is toegestaan. Daardoor raakte ik in paniek, was ik bloedchagrijnig en doodsbang. Die nacht heb ik geen oog dicht gedaan. Achteraf viel het allemaal hartstikke mee en vroeg ik me weer eens af waarom ik zo dramatisch had gedaan. Voor het gemak heb ik mijn reptielenbrein maar even de schuld gegeven. Verder was de vakantie prachtig en heb ik stiekem toch een beetje geleerd dat het allemaal wel goedkomt.

Dit is trouwens precies het proces dat ik met cliënten doormaak. We bekijken waarom je iets moeilijk vindt, waar je precies in vastloopt en waar dat vandaan komt. Daarbij kijken we naar je mechanismen en wat je onbewust tegenhoudt. Het zou heel goed kunnen, dat je er dan achter komt dat ook jij je reptielenbrein daar de schuld van kan geven.

Scroll naar boven